ma t/m vr van 9.00-18.00 uur
Home »
Zwachtelen
Wat is zwachtelen en waarvoor wordt het gebruikt?
Bij zwachtelen wind je een zwachtel om een arm, been of ander lichaamsdeel. Maar wat is een zwachtel dan? Een zwachtel is eigenlijk een lange strook textiel die meestal op een rol zit. De rol kan je afwikkelen, terwijl je de zwachtel om de arm of het been wikkelt. Er zijn verschillende soorten zwachtels die een eigen functie hebben. Zo zijn er stevige korte rek of lange rek zwachtels, die je gebruikt om een oedeem te zwachtelen. Dit is een vochtophoping die door te zwachtelen afgedreven kan worden. Elastische hydrofiele zwachtels geven minder druk en zijn meer bedoeld om een wond te verbinden of bij blessures extra stevigheid te geven aan gewrichten. Deze worden bijvoorbeeld gebruikt door hulpverlening op evenementen of bij de eerste hulp op festivals. Daarnaast zijn er speciale trauma zwachtels, die bloedingen kunnen stelpen na een ongeluk. Een Witte Kruis ambulance heeft deze zwachtels altijd bij zich.
Wanneer ga je zwachtelen?
Zwachtelen wordt meestal toegepast om overtollig vocht af te drijven. De ophoping van overtollig vocht noem je oedeem. Deze vochtophopingen kunnen erg pijnlijk zijn en zorgen ervoor dat je minder goed kan bewegen. Uiteindelijk kan het zelfs de bloedsomloop belemmeren. Deze manier van zwachtelen noem je compressief zwachtelen, omdat je compressie of druk geeft op het lichaamsdeel met oedeem. Maar je kan ook een wond zwachtelen om het bloeden te stelpen en de wond te beschermen tegen vuil en infectie. Er zijn dus verschillende manieren en redenen om te zwachtelen. We lichten er een paar extra voor je toe.
Zwachtelen bij lymfoedeem
Lymfoedeem is de ophoping van lymfe, vocht dat door je lymfevaten stroomt. Lymfe vervoert afvalstoffen door je lichaam om ze uiteindelijk af te kunnen voeren. Daarnaast bevat lymfe witte bloedcellen om eventuele infecties te kunnen bestrijden. Als je lymfevaten niet goed werken door ziekte of andere redenen kunnen ophopingen van lymfe ontstaan. Meestal zie je deze vochtophopingen in de benen, omdat het vocht door de zwaartekracht naar beneden zakt, maar ze komen ook voor in de armen. Lymfoedeem kan goed bestreden worden door te zwachtelen. Met een zwachtel geef je namelijk druk op de weefsels en de lymfevaten. Hierdoor gaat het vocht door de lymfevaten harder stromen. Vergelijk het met een tuinslag die je iets dichtknijpt. Doordat het vocht harder stroomt, neemt het makkelijker vocht en afvalstoffen uit de weefsels mee, waardoor het lymfoedeem afneemt. Na het zwachtelen van een arm bij lymfoedeem wordt het vocht snel afgedreven en neemt het volume van de arm af. Daarom moet je na een paar dagen opnieuw gezwachteld worden, omdat de zwachtels dan niet meer genoeg druk geven.
Zwachtelen bij hartfalen
Als je problemen met je hart hebt, wordt het bloed niet goed genoeg rondgepompt. Bloed is eigenlijk het transportsysteem van je lichaam en als het bloed niet met voldoende kracht wordt rondgepompt kan dat voor problemen zorgen. Dat gebeurt vooral in de uiteindes van je lichaam, zoals je armen, benen en voeten. Hier zie je dan vochtophopingen of je krijgt last van tintelingen in je armen of benen, omdat de spieren en zenuwen niet genoeg zuurstof en voeding krijgen. Als er een zwachtel wordt aangelegd, komt er druk op de weefsels en de bloedvaten te staan. Je bloedvaten worden zo iets dichtgedrukt. Op die manier is er minder kracht nodig om het bloed goed door te laten stromen. Je hart kan dus met minder kracht toch de bloedsomloop op gang houden. Op die manier krijgen je ledematen toch voldoende bloed en worden verdere klachten voorkomen. Ook ontlast zwachtelen bij hartfalen het hart, zodat het risico op verdere schade wordt voorkomen.
Zwachtelen bij wonden
Als je een wond hebt aan een arm of been, dan kan je deze ook zwachtelen. Zo hou je de wond schoon en door de druk van de zwachtel wordt het bloeden gestelpt. Bij het verbinden van een wond breng je een steriel gaasje of watten aan voor het zwachtelen. Een zwachtel is namelijk niet geschikt om direct op de wond aan te brengen, want een zwachtel is niet steriel en kan aan de wond gaan plakken. Zorg dat de zwachtel de watten of het gaasje volledig bedekt, zodat de zwachtel niet in aanraking komt met de wond. Zo kan er ook geen vuil tussen komen en blijft de wond mooi schoon. Voor het verbinden van een wond gebruik je andere zwachtels dan bij de behandeling van oedeem of hartfalen. Je wil namelijk wel wat druk op de wond, maar niet te veel. Als je naar de eerste hulp op evenementen gaat met een wond, zullen zij deze waarschijnlijk zwachtelen.
Wat zijn de beste zwachtels?
De beste zwachtel is de zwachtel die speciaal is gemaakt voor de taak die jij wil uitvoeren. Een zwachtel om oedeem te behandelen is heel anders dan een zwachtel om een wond te verbinden. Elke zwachtel heeft zijn eigen taak. Er is geen ideaal zwachtel voor alle taken.
Korte rek zwachtel
Een korte rek zwachtel is een stevige zwachtel van katoen of een ander textiel. Er is geen elastische stof in verwerkt. De rek van de zwachtel komt door de manier van weven. Een korte rek zwachtel gebruik je bij compressief zwachtelen tegen oedeem of lymfoedeem of bij hartfalen als de patiënt nog voldoende beweegt. De korte rek zwachtel geeft namelijk relatief meer druk bij beweging en een relatief lage druk als je niet beweegt. Ze kunnen daarom ook dag en nacht blijven zitten. De zwachtels moeten wel ongeveer twee keer per week opnieuw worden aangelegd, omdat door het zwachtelen het oedeem vermindert. Naar een aantal dagen zitten de zwachtels hierdoor losser en zijn ze niet meer effectief.
Lange rek zwachtel
Als een patiënt niet meer mobiel is, is een lange rek zwachtel de beste keuze. Lange rek zwachtels bevatten naast textiel elastisch materiaal. Daardoor kan je ze verder uitrekken en geven ze meer druk. De druk is bij rust relatief hoger en bij beweging juist lager. Door de hoge druk bij rust moeten lange rek zwachtels ’s nachts altijd verwijderd worden om de bloedsomloop niet te verstoren. De volgende ochtend worden de zwachtels opnieuw aangebracht. Omdat lange rek zwachtels elke dag opnieuw aangebracht moeten worden, worden ze ook vaak gebruikt als het ledemaat dat gezwachteld moet worden zweren of wonden heeft.
Zwachtels met rondjes
Het kan lastig zijn om te bepalen of een zwachtel strak genoeg, te los of juist te strak zit. Daarom zijn zwachtels voorzien van rondjes of andere tekens. Door de rondjes op elkaar aan te laten sluiten, weet je dat de zwachtel precies strak genoeg zit. Het is dan natuurlijk wel belangrijk om de juiste maat te gebruiken. Daarvoor meet je de omtrek van de arm of het been en vergelijk je dat met de maten van de fabrikant. Bij het wisselen van de zwachtel kan het gebeuren dat je moet overstappen op een kleinere maat, als er vocht is afgedreven en de omvang is verminderd.
Tips voor bij het zwachtelen
Zwachtelen vereist een speciale techniek, die je alleen goed kunt leren door veel te oefenen. Toch kunnen we het je iets makkelijker maken met een aantal tips. Allereerst kun je het beste zwachtelen in de ochtend. Het oedeem is dan namelijk op zijn kleinst. Daardoor kan je de zwachtel goed strak aanleggen en voorkom je dat er meer vocht ophoopt. Zorg bij het zwachtelen van een arm of been dat er geen vouwen of kreuken in de zwachtel zitten. Die veroorzaken drukplekken die uiteindelijk zelfs wondjes kunnen worden. Uitstekende delen en holtes vul je op met zogenaamd polstermateriaal. Dit materiaal zorgt voor een gelijkmatige verdeling van de druk van de zwachtel en voorkomt knellen en irritatie. Als je klaar bent, zet je de zwachtel vast met een pleister of tape.
Mogelijke problemen bij het zwachtelen
Als je een zwachtel aanlegt, dan is het belangrijk om altijd te controleren of het goed gaat en dat ook na het zwachtelen te blijven controleren. Het is namelijk altijd mogelijk dat er complicaties optreden. Zo kunnen de tenen en vingers blauw worden. Dat betekent dat de doorbloeding wordt belemmerd. Laat de patiënt eerst bewegen en kijk dan of de vingers en tenen hun normale kleur weer terugkrijgen. Als dat na een kwartier nog niet is gebeurd, moet je de zwachtels verwijderen en opnieuw aanleggen. Ook als de patiënt pijn aangeeft en dit langer dat tien minuten aanhoudt, moeten de zwachtels worden verwijderd en opnieuw worden aangelegd. Als de tenen niet blauw maar wit worden, duidt dat op problemen met de bloedvaten. Je verwijdert meteen de zwachtels en overlegt met een arts. Daarnaast kan de huid geïrriteerd raken door de zwachtels. Controleer of er geen vouwen of kreukels in de zwachtels zitten die de irritatie veroorzaken. De geïrriteerde huid kan je verzorgen met een voedende zalf.
Wat is een ideaal zwachtel?
Een ideaal zwachtel is een zwachtel dat is aangepast op de klachten en het lichaamsdeel dat gezwachteld moet worden. Daarvoor worden verschillende technieken en soorten zwachtels gebruikt. Een specialist of arts bepaalt daarom hoe en waarmee er gezwachteld moet worden. Bovendien wordt bij zwachtelen altijd een vast protocol gebruikt, waarbij hygiëne en voorbereiding erg belangrijk is. Je controleert eerst de huid op wondjes en andere problemen. Je legt alles zo klaar, dat je er makkelijk bij kan. Je zorgt dat de arm of het been ontspannen is en vult met polstermateriaal eventuele holtes op en werkt uitsteeksels weg. Na het zwachtelen controleer je altijd de kleur van vingers of tenen en vraag je of de patiënt geen pijn heeft door de zwachtels. Door het protocol te volgen vergeet je niets en leg je de zwachtels op de juiste manier aan.
Terug naar kennisbank EHBO en hulpverlening op evenementen sportwedstrijden en festivals